zondag 7 mei 2017

27

Verhalen te over. Waar te beginnen? De kapot geslagen boot beschreef ik al. 
Ik schreef nog niet over de toubab in kaftan die hoogst geïnteresseerd zich ongetwijfeld allerlei onzinverhalen op haar fladderende mouw laat spelden door jonge ganja rokende rasta bumsters die lui wijdbeens - redelijk provocerend - achterover hangen in een zogenaamd klaarstaande reddingsboot.  Maar waarvan ik me afvraag hoe ze dat denken te doen zonder peddels en/of motor.

Niet over de jonge visser die begint de kilo vers aangekochte tong (vis) het vel af te stropen terwijl ik dat liever zelf doe zodat ik de resten aan de poezen kan geven. Wiens baas stom verwonderd de 100 dalasis aanpakt terwijl ik niet om de prijs gevraagd had. Alleen gezegd: "..net als laatst..". En vervolgens hem de rug toekeerde en wegsjokte met mijn kilootje hotel-vis. Want Gambianen eten dat niet, zeker te weinig vlees.

Niet over Saliem de kok die probeert op tijd - vijf uur in de namiddag - in zijn restaurantje aan de beach te zijn opdat hij zijn enige goed betalende klant, ik  dus, niet misloopt. En die tegen beter weten in hoopt met mij aan te kunnen pappen. "Here Mama!" en hij steekt me uitdagend een vork met glinsterend gele mango in mijn mond. En die me na het eten naar de jeep brengt en zich pontificaal tegenover me opstelt alsof hij me direct ten huwelijk zal vragen. Waarop ik hem nog maar eens verduidelijk dat ik nog steeds getrouwd ben maar dat we goede vrienden kunnen zijn. Waarna hij me een dikke zoen geeft. Heimelijk achter de palmboom zodat zijn 'klanten' het niet zien.

Niet over de visverkoper die op zijn gammele herenfiets twee overvolle tassen bonkavis aan het stuur vervoert. En achterop nog eens een loodzware krat met daarop nog eens wat zakken vis onder een teil en die zich moet laten aanduwen in het mulle zand omdat hij anders niet wegkomt. Van wie ik een tonijn kocht voor 50 Dalasis, waarvoor ik eerst nog 150 moest betalen. Toubab! Witte!

Niet over Nederlandse Marco die plots voor me stond op het strand, in bloedheet vuil motorrijders offroad-pak. Lekke band. En die me een praktijkcursus binnenband verwisselen gaf. En wiens 71-jarige Engelse motormaat een leuke vent bleek met veel humor en een veel te harde stem die Marco commandeerde hoe hij het moest doen. En bij wie ik morgen maar eens op de koffie ga in Sifoe. Notabene maar een dorp verderop. En die in een 'mud-hut in the bush' woont, maar dat is een grap want hij heeft een prachtig huis zegt Marco. 

Niet. Niet. Ik heb het er niet over. Het is teveel om op te schrijven.
Saliem kookt mijn potje en ik overdenk wel de dag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reageren? Kan hier..